Uit de nieuwste cijfers blijkt dat de ingebruikname van kantoorruimte door huurders en kopers (voor eigen gebruik) in de eerste helft van 2021 is uitgekomen op 402.000 m². Hiermee stijgt de ingebruikname van kantoorruimte voor het tweede kwartaal op rij.
Het jaar 2020 begon met een relatief hoge kantooropname door het afsluiten van een aantal zeer grote transacties. In de loop van het jaar zorgde onzekerheid over conjuncturele factoren zoals economische groeiverwachtingen en structurele factoren zoals de uiteenlopende voorspellingen rondom de adoptie van thuiswerken, voor een gedempte transactiedynamiek. Kantoorhoudende organisaties namen een afwachtende houding aan, mede ook als gevolg van de aanhoudend krappe aanbodsituatie op de kantorenmarkt.
In de eerste helft van 2021 is bijna een kwart van het totale opnamevolume opgenomen door bedrijven in de Tech- en ICT-sector. Dit ondanks dat thuiswerken juist in deze sector goed kan worden georganiseerd.
Ingebruikname kantoren G5
Ongeveer 44% van de ingebruikname van kantoorruimte in de eerste helft van dit jaar vond plaats in de 5 grootste steden (G5) in Nederland. Het marktaandeel van de G5 ligt daarmee op precies hetzelfde niveau als in 2020. Dit is onder het niveau van het 10-jarig gemiddelde dat boven de 50% ligt. Dit wordt veroorzaakt door het structurele tekort aan hoogwaardige kantoren in Amsterdam, Utrecht en Den Haag.
Amsterdam had met 21% een belangrijk aandeel in de Nederlandse kantorenopname als gevolg van het toevoegen van nieuwe hoogwaardige kantoorgebouwen. Het leegstandspercentage nam met 1 procentpunt toe en ligt nu met 5,5% op het niveau van frictieleegstand, maar nog wel ruim onder het Nederlands gemiddelde van 8,2%. Ook in de andere G5-steden bewegen de leegstandscijfers nauwelijks. Den Haag blijft met 4,3% de krapste kantorenmarkt binnen de G5, gevolgd door Utrecht (5,1%), Eindhoven (7,8%) en Rotterdam (8,9%).
Vooruitblik kantooringebruikname 2021
Meer dan een jaar na de virusuitbraak is nog altijd veel onzeker. Wel wordt zichtbaar dat kantoorhoudende organisaties anticiperen op groei van de eigen organisatie in het licht van een groeiende economie. Naar verwachting zal de ingebruikname van kantoren in heel Nederland eind 2021 boven het niveau van 2020 (1 miljoen m2) uitkomen. Deze verwachting is gebaseerd op de uit 2020 doorgeschoven geïdentificeerde zoekvraag en de verwachte vraag van kantoorgebruikers in 2021 met expirerende huurcontractie maar die nog geen huisvestingstraject zijn gestart in de G5. Op basis van de gecombineerde zoekvraag die momenteel 475.000 m2 omvat, zal de verwachte opname aan het einde van 2021 zich naar verwachting settelen binnen de bandbreedte van het vijfjaargemiddelde (1,1 miljoen m2). Op de middellange tot langere termijn (2025) verwacht Cushman & Wakefield volledig herstel van de opname tot op pre-COVID niveau. De euforie omtrent thuiswerken is door opeenvolgende lockdowns naar de achtergrond verdreven en van MKB tot multinational wordt nagedacht over de optimale inzet van het kantoor in het post-COVID tijdperk.
Jan Verhaegh, Head of Office Consultancy: “Kantoorgebruikers oriënteren zich nu vooral op de beste huisvestingsstrategie voor hun situatie. De periode van thuiswerken en de mate waarin dit een blijvend aspect zal zijn, in combinatie met een nieuwe functie van het kantoor, wordt in kaart gebracht maar is zeker nog niet volledig uitgekristalliseerd. Wij zien dat voor de meeste organisaties het kantoor als centrale plek zeker blijft bestaan maar dat de exacte implicaties van de afgelopen anderhalf jaar op de nieuwe rol en functie van het kantoor nog niet volledig helder zijn.”
Jos Hesselink, Research Lead Nederland: “Ondanks de lange periode van fundamentele onzekerheid als gevolg van de COVID-pandemie zijn er tijdens de gehele coronacrisis wel transacties gedaan. In absolute aantallen is de dynamiek in de eerste helft van dit jaar slechts 9% lager dan die in de eerste helft van 2020. Er zijn minder vierkante meters in gebruik genomen, maar dit heeft ook te maken met de schaarse beschikbaarheid aan kantoren. De kantorenleegstand ontwikkelt zich sinds oktober 2020 stabiel en is per medio 2021 uitgekomen op 8,2% van de voorraad, het laagste niveau sinds 2002.”