Veel van de urgente opgaven waar ons land voor staat, zoals stedelijke verdichting, de energietransitie maar ook de woningbouwopgave, worden op stadsniveau aangepakt. Toch is er niet heel veel denkkracht voor nodig om te begrijpen dat deze vraagstukken de historische stadsgrenzen – en zelfs de provinciegrenzen en landsgrenzen – ver overschrijden. Misschien komt deze overheersing van de stad voort uit het feit dat ontwikkelingen het hardst gaan in steden en dat om die reden daar de urgentie het meest wordt gevoeld? Maar werkbaar en toekomstgericht is het niet in een samenleving die op weg is naar een duurzamere leefomgeving.
Een nieuw speelveld
In de jaren die voor ons liggen zal welvaartcreatie, welvaartspreiding en economische groei zich concentreren op een beperkt aantal grootstedelijke regio’s in de wereld. Dat speelveld voor bedrijven en industrieën wereldwijd wordt bepaald door de ecosystemen die er kunnen worden ontwikkeld: plekken waar de beste samenwerkingspartners, de beste kennisinstellingen met de beste economische productiestructuur kunnen worden ontwikkeld met optimale toegang tot de arbeidsmarkt. Een nieuwe economische orde die vraagt om grote ambities maar waar polarisatie op alle fronten op de loer ligt. Om dat tegen te gaan zullen we nú moeten zorgen dat we ook straks nog relevant zijn. Dan moeten we nú investeren in waar het straks om gaat.
Dat betekent dat steden en provincies onderling het ‘een beetje samenwerken en een beetje concurreren’ niet langer kunnen volhouden. Onze huidige stads- en provinciegrenzen én ons denken over mobiliteit, moet plaatsmaken voor een nieuw faciliterend systeem dat overheid, politiek, bedrijfsleven en wetenschap verbindt. Een systeem van functionele steden en stedelijke gebieden waarbinnen wonen, werken, verkeersstromen, CO2-uitstoot, toerisme, opleiding en infrastructuur optimaal op elkaar zijn afgestemd. Met een bestuur dat de krachten bundelt en op een integrale manier polarisatie tegengaat en een duurzame invulling geeft aan stedelijke inrichting, infrastructuur en welvaart.
Eén stad, één systeem
De agglomeratievoordelen van de Randstad, en daarmee die van Nederland, blijven in onze ruimtelijke structuur al veel te lang onderbelicht. We profiteren onvoldoende van de voordelen van een grote gemeenschappelijke arbeidsmarkt, meer innovatiekracht en meer voorzieningen tegen lagere kosten. De grotere Randstad regio – van Arnhem, Almere, Rijnmond tot Eindhoven – biedt een unieke kans ten opzichte van wereldsteden zoals Londen en Parijs: urbaan leven en sub-urbaan wonen tegen prijzen die voor inwoners van Londen, Parijs of bijvoorbeeld Toronto ondenkbaar zijn. Als we er voor zorgen dat de grotere Randstad één economische, onderling verbonden, regio van functionele stedelijke centra wordt, dan ontstaat een nieuwe stad - met behoud van de bestaande unieke historische centra - die polarisatie tegengaat en zorgt voor toekomstbestendige, ecologisch verantwoorde welvaart en economische groei. Een stad die goed is voor iedereen, ook als je er niet woont of werkt. Want juist de agglomeratievoordelen van die stad zorgen ervoor dat ook het zogenoemde ‘achterland’ profiteert van de welvaart die dit zal brengen. En zullen we die stad dan gewoon Amsterdam noemen? Internationaal het sterkste merk met een fantastische reputatie?
Dit artikel is de laatste in een reeks van drie artikelen waarin Jeroen Lokerse ingaat op de veranderende rol en functie van vastgoed door de structureel veranderende wereld en de kansen die dit biedt om duurzame (ondernemings)waarde voor de samenleving en voor opdrachtgevers te creëren. Lees meer over de visie van Cushman & Wakefield op stedelijke verdichting en een nieuw stedelijk systeem in Sweet Spot Randstad.